In beplantingsplannen zijn bloembollen een zinvolle aanvulling om de bloeitijd te verlengen. Met hun sprekende kleuren en grote variatie hebben ze een hoge sierwaarde en zorgen ze al in het vroege voorjaar voor kleuraccenten in de groene stad. Ook vergroten bloembollen de biodiversiteit en dragen ze bij aan het welzijn van mensen.
Biodiversiteit
Bloembollen geven een kwaliteitsimpuls aan stadsgroen, van bermen, plantsoenen en parken tot schalen of bakken op markante punten in de wijk of winkelstraat. In groene verbindingszones zijn soorten met veel nectar en stuifmeel welkom, vooral zeer vroege bloeiers als Galanthus nivalis (sneeuwklokje), Eranthis hyemalis (winterakoniet) en Crocus tommasinianus (boerenkrokus). Sommige hommelsoorten vliegen namelijk al in februari uit.
Verwilderingsbollen
Bloembollen die geschikt zijn voor verwildering, zoals Fritillaria meleagris (wilde kievitsbloem), Scilla (sterhyacint), Muscari (blauw druifje) en Allium (sierui) werken goed in combinatie met vaste planten. Zo’n beplanting groeit een plantvak in één seizoen dicht en komt jarenlang terug. Het onderhoud is extensief: één keer maaien in het voorjaar en daarna alleen nog controle op zwerfafval en onkruid langs de randen. Ook in gras doen verwilderingsbollen het goed. Hiervoor bestaan speciale plantmachines.
Kleurfestijn
Per locatie kan één soort of een mix aan soorten worden geplant. De laatste geeft maandenlang bloei met steeds weer een nieuw beeld met andere vormen, hoogtes en kleuren. Daarna kunnen zomerbollen het kleurenfestijn overnemen. Planten met opvallende kleuren, geuren, vormen en structuren hebben een positief effect op de gezondheid en het welzijn van mensen.
Tip
De groeiomstandigheden in boomspiegels zijn voor veel planten niet ideaal; de boom onttrekt water en voedingsstoffen. Bloembollen doen het daar echter prima, met als resultaat kleine oases in de stad. Combineer met zaden om de bloei in de zomer te verlengen.